[wc_box color=”secondary” text_align=”left”]
Laatst kwam mijn zoon stilletjes thuis. Ik vroeg hem wat er was en hij barstte meteen in tranen uit. Hij was in paniek geraakt na het zien van een stukje van de film Elysium.
Deze film speelt zich af in 2154 en de aarde is veranderd in één grote sloppenwijk, waarin ongure en overmatig getatoeëerde Mexicaanse bendeleden de dienst uitmaken. Boven de aarde zweeft het ruimtestation Elysium waar de allerrijksten vertoeven en waar ziekte of ouderdom niet bestaat simpelweg omdat elk huis is voorzien van een medisch apparaat dat fysieke ongemakken detecteert en verhelpt. Max, een fabrieksarbeider met een strafblad, droomt er al zijn hele leven van om met een ruimteschip naar Elysium te vertrekken. Door een fabrieksongeval wordt hij gedwongen om contact op te nemen met de bendeleden voor wie hij vroeger werkte. Verzwakt door de radioactieve straling, maar gesterkt door het metalen frame dat aan zijn zenuwstelsel is vastgeschroefd, moet Max nog eenmaal een klus voor hen klaren om zijn ticket naar het paradijs te verdienen.
De apocalyptische beelden van een mogelijke toekomst hadden mijn zoon schrik aangejaagd en ik moest hem beloven dat deze toekomst nooit werkelijkheid zou worden. Natuurlijk deed ik wat er van me gevraagd werd want toen ik zijn leeftijd had kende ik een vergelijkbare paniek. Er waren toen sombere rapporten van de club van Rome, en enkele jaren later de commotie rond de productie van de zogeheten Neutronenbom.
Een bom die mensen doodde maar gebouwen liet staan. Mijn grootouders waren daar indertijd erg tegen. Niet verwonderlijk omdat zij hun gehele leven al overtuigd pacifisten waren. Iets wat mijn grootvader in zijn jeugd met twee jaar gevangenis moest bekopen.
Hij wilde na de verschrikkingen van WO I niet in het leger en weigerde op principiële gronden dienst. Ik herinner me naast zijn vele verhalen ook nog de door hem zelf gemaakte poster die op de deur van hun huis prijkte en waarop stond: Stop de Neutronenbom, denk aan onze kinderen. Ik zie mezelf nog met de hele familie demonstreren waarbij uit volle borst de volgende weliswaar weinig verfijnde maar doeltreffende strofen werden gezongen: “Nooit nee nooit willen wij die N bom niet tegen de Russen niet tegen onszelf Rot op met dat wapentuig.“ Ja daar knapte je dan weer flink van op.
In zijn meest recente column in het NRC stond publicist Bas Heine stil bij de waarschuwing van de Britse natuur- en wiskundige Stephen Hawking voor een catastrofe – in de toekomst zullen robots niet alleen werk overnemen, maar alles. Wanneer machines voor zichzelf gaan denken, kunnen ze de mens gemakkelijk overtroeven en zelf nog weer intelligentere systemen ontwikkelen. Voor je het weet is de mens compleet overbodig geworden. Hawking vindt dat we vast koloniën op andere planeten moeten stichten om de robots op tijd te kunnen ontvluchten. Als remedie citeert Heine de filosoof Nick Bostrom die een oproep doet om kunstmatige intelligentie te „vullen” met menselijke waarden, zodat we in de toekomst niet geconfronteerd worden met geniale machines die er een onmenselijke logica op nahouden.
Thuis hebben we de toekomst gelaten voor wat hij is en lees ik mijn zoon voor uit de jeugdklassieker Levende Bezems, een prachtig epos over het trieste lot van zwitserse jongens die twee eeuwen geleden verkocht werden als schoorsteenvegertjes in Milaan.
Het is mijn lievelingsboek van vroeger en dit nu samen met hem te kunnen delen maakt mij gelukkig. Het is hetzelfde geluk dat ik ervoer wanneer mijn strijdbare en humane grootvader over zijn jeugd vertelde. Dat geluksgevoel van geborgenheid en verbondenheid was de remedie tegen mijn angst voor de toekomst. Ik hoop dat dit ook voor mijn zoon genoeg zal zijn.
[/wc_box]
- Een bevlogen juf uit de Graaf Florisstraat - 12 oktober 2024
- Liesbeth – Taai ongerief vraagt om kleine goedheid - 12 oktober 2024
- Liesbeth – Een boek dat niet gelezen wil worden - 13 juli 2024
Impressie ALV 30 november Volgend artikel:
Veurzitter Oud & Nieuw